Het doorbraakproject ‘Grondstoffenketens op basis van natuurlijk restromen in Rijnland’ is bezig met een aanvraag voor de subsidie Circulaire doorbraakprojecten natuurlijke reststromen. Ben jij ook bezig met een doorbraakproject en wil je in aanraking komen? Bekijk dan hier onze subsidieregeling.
Richard Liebrechts is medeoprichter van het Grondstoffen Collectief Nederland. Dit collectief houdt zich bezig met het opzetten van grondstoffenketens in de bodem, bouw en buitenruimte. Over het algemeen zijn deze ketens gebaseerd op (natuurlijke) reststromen uit de openbare ruimte. We spreken Richard over zijn betrokkenheid bij het doorbraakproject ‘Grondstoffenketens op basis van natuurlijk reststromen in Rijnland’, dat vanuit het Vernieuwersnetwerk Natuurlijke Reststromen haar oorsprong vindt.
Wat houdt het doorbraakprojectproject waar je aan werkt precies in?
“Het doorbraakproject dat we in voorbereiding hebben heet ‘Grondstoffenketens op basis van natuurlijk restromen in Rijnland’. Hiermee willen we een circulaire keten op gang brengen die draait op reststromen en voorbij pilots gaat, richting opschaling. We hebben in eerste instantie gekozen voor bermmaaisel. Dit komt grofweg uit de regio Rijnland. Uit dit bermmaaisel maken we grondstoffen voor producten ten behoeve van de bodem, bouw en buitenruimte, maar dragen we ook bij aan het herstel van bodemkwaliteit en biodiversiteit.”
Jullie nemen bermmaaisel als pilot voor een gesloten keten van natuurlijke reststromen. Zetten jullie je ook in voor andere reststromen?
“Dat is zeker de bedoeling. Bermmaaisel zal het vliegwiel zijn voor andere natuurlijke reststromen, zoals snoeimateriaal, bagger en hout en reststromen uit de (glas-)tuinbouw. Hier kunnen allemaal gesloten ketens voor opgezet worden. Maar denk hierbij ook aan niet-natuurlijke reststromen, zoals bouwpuin of bitumen, dat van daken afkomt. We zijn ook in gesprek met boeren die gewassen gaan telen voor de bouw.”
Met welke partners werk jullie aan dit project?
“Met elke positie in de keten hebben we een partner aan tafel – zoals te zien is in deze infographic. We zitten aan tafel met de eigenaren van het maaisel; de gemeenten Alphen a/d Rijn, Nieuwkoop, Kaag en Braassem, de provincie Zuid-Holland, Rijkswaterstaat en de Groenalliantie van Staatsbosbeheer. We werken samen met hun groenaannemers, loonwerkers, een coöperatie van boeren en technologiepartijen voor de bewerking van het bermmaaisel. En we gaan aan de slag met boeren, bouwaannemers en glastuinbouwbedrijven in het gebruik van de bodemverbeteraars, isolatiepanelen en substraatvervangers die geproduceerd gaan worden. Tot slot zijn ook de omgevingsdiensten en bijvoorbeeld de Hogeschool Leiden aangesloten.
Wat is de droom met dit project?
“We gingen in gesprek met mensen uit de regio. Die inzichten hebben we gebruikt als inspiratie voor onze droom voor Rijnland. Een regio waarin zowel de boer, de burgers, als de recreant zich thuis voelt in de buitenruimte. Een plek waar water, stad en land samenvlechten. Je kunt hier dichtbij je werk wonen, maar tegelijkertijd ook van de natuur en het open landschap genieten. We willen dat mensen zich over 10 jaar nog net zo thuis voelen in de regio, maar dan wel in een situatie waarin de ecologische en economische waarden beter in balans zijn. Denk aan de terugkeer van de grutto, of een betere bodemkwaliteit en biodiversiteit.”
Wat gaat goed en minder goed bij de projectplannen?
“Door de aanhoudende hoge opkomst tijdens de drie netwerkbijeenkomsten in Woubrugge toonden de partijen commitment en de behoefte om een toekomstbestendige circulaire keten te ontwikkelen voor natuurlijke reststromen in de regio. Hierdoor zijn we echt tot een plan gekomen waar iedereen zich volgens mij in herkend. Alleen, door de drukte van de dagelijkse gang van zaken binnen alle partijen, kan de inzet niet altijd verzilverd worden tot een formele samenwerkingsovereenkomst. Ook is het soms toch een uitdaging om alle volle agenda’s naast elkaar te leggen en te komen tot het schrijven van de aanvraag.”
Hoe helpt de provincie bij dit project?
“De drie netwerkbijeenkomsten zijn mede gefaciliteerd vanuit de provincie Zuid-Holland, dat hebben we samengedaan met het Vernieuwersnetwerk Natuurlijke Reststromen. Het netwerk bestaat inmiddels uit 200-300 leden afkomstig van allerlei bedrijven uit de publieke en private sector. Dat netwerk was er zonder de provincie niet gekomen. Naast de aanjagersrol, neemt de provincie ook een aantal plekken in de keten in. Zo zullen ze ook producten gaan afnemen die geproduceerd worden uit natuurlijke reststromen.”
Wat is er bereikt aan het einde van dit doorbraakproject?
“We willen het fundamenteel vernieuwend denken gaan toepassen op ons doen en op de manier waarop we ons organiseren. Bijvoorbeeld anders denken met betrekking tot de rol van een berm. Het Nederlandse landschap bestaat voor 2% uit bermen De oorspronkelijke rol is verkeersveiligheid. Maar wat als we deze bermen nu ook eens inzetten voor biodiversiteit, slaan we meerdere vliegen in één klap. Wat betreft de organisatie, hiervoor zoeken we naar een ‘common-owned’ organisatiemodel die een verdienmodel vertegenwoordigt waarin niet winst, maar juist waarde maximalisatie voor de regio. Die omslag moeten we kunnen bereiken.”